woensdag 21 mei 2014

Let the battle begin!

Als communicatiestudent is het belangrijk om bij een bepaald standpunt te blijven en het te kunnen verdedigen. Je moet goed in je schoenen staan om een debat te kunnen winnen. Deze week gaan we het hebben over debatteren. Een debat of ook wel een discussie kan heel leuk zijn, maar het kan soms ook erg uit de hand lopen. 
Als voorbereiding voor de les moesten we deskresearch doen naar argumentatietechnieken. Toen ik onderzoek deed naar de theorie van argumenteren, was ik best verbaasd over wat voor verschillende argumenten er zijn. Ik ga jullie hier mee over vertellen en ook over het debat wat we tijdens de les voerde.





Voordat je gaat debatteren wordt er eerst een standpunt of stelling gekozen. Een argument is een uiting waarmee de spreker zijn standpunt verdedigt. Je kan voor of tegen een stelling zijn. Er zijn verschillende soorten argumenten:
  • Enkelvoudige argumentatie: het standpunt wordt ondersteund met één argument.
  • Meervoudige argumentatie: het standpunt wordt ondersteund met meerdere argumenten. Hierbij worden signaalwoorden gebruikt.
  • Nevenschikkende argumentatie: hierbij geef je meerdere argumenten die elkaar ondersteunen, de argumenten zijn van elkaar afhankelijk
  • Onderschikkende argumentatie: het gegeven argument wordt onderbouwd met een ander argument. Hierbij worden signaal worden gebruikt.
Een ongeldig argument wordt een drogreden genoemd. Er zijn een heleboel verschillende manieren van een ongeldig argument. Hier laat ik je de verschillende drogredenen zien:
  • Beroep op autoriteit
  • Beroep op traditie
  • Persoonlijke aanval
  • Cirkelredenering
  • Verschuiven van de bewijslast
  • De ander de woorden in de mond leggen
  • Jij ook-argument
  • Onjuist oorzakelijk verband
  • Verkeerde vergelijking
  • Overhaaste generalisatie (argument op basis van te weinig gegevens)
  • Voorkomen van een afwijkende mening
  • 'Stok achter de deur' (de ander geen keus geven om andermans mening te accepteren)
Het debat op school was erg uiteenlopend. We kregen tijdens de les te horen wat de stellingen waren en of we voor of tegen de stelling waren. De klas werd in vier groepjes verdeeld; twee groepjes waren de sprekers en de andere twee groepjes was het publiek dat de sprekers ging beoordelen op argumentatie. De stellingen waar we over gingen debatteren waren:
  1. Een witte kat brengt ongeluk
  2. Seksuele voorlichting komt te kort in Nederland
  3. Leven zonder social media is onmogelijk
Dit waren hele uiteenlopende onderwerpen en er werd dan ook per onderwerp anders gereageerd. Bij de eerste stelling werd het debat niet serieus genomen en was het nog even wennen aan een debat zelf. Bij de andere stellingen ging het al beter, maar er werden wel vaak drogredenen gebruikt en er werd veel door elkaar heen gepraat.

Ik kreeg stelling 2 voor mijn kiezen. Ik vond het een interessante stelling en ik kreeg de taak om tegenargumenten te bedenken. Ieder groepslid moest een argument geven. Het was een leuk debat, alleen was het wel jammer dat we geen tijd kregen om informatie op te zoeken over dit onderwerp. Daarom werden er veel drogredenen gegeven.

Het spreken tijdens het debat ging goed. Ik had een goede inbreng en ik had juiste argumenten. Maar ik heb ook nog een aantal verbeterpunten. Ik vind het moeilijk om boven de groep uit te komen en mezelf te laten horen. Ik moet geloven in mijn argumenten en de argumenten dan ook luid en duidelijk laten horen. Op deze manier wordt er beter naar me geluisterd en komt er ook echt een discussie. Ook wil ik meer inhaken op de argumenten van de andere sprekers en daar verder op doorgaan. Blijven oefenen!

1 opmerking:

  1. Complimenten voor je schrijfstijl Denise! Ik vind de manier hoe je de lezer mee neemt in je verhaal heel erg leuk. Je vertelt echt een soort verhaal en doet dit met veel enthousiasme. Ik vond het hierdoor erg leuk om je blogs te lezen.

    BeantwoordenVerwijderen